24 mrt Schuldeiserbeschermende maatregelen
In de praktijk komt het helaas voor dat een leverancier de goederen levert maar de tegenprestatie (lees: het geld) niet ontvangt. Dit zorgt voor (financiële) problemen bij de leverancier. Er zijn manieren om u als leverancier in te dekken. Onderstaand treft u aan een drietal adviezen daartoe. De onderstaande opsomming is natuurlijk niet uitputtend.
Overgang eigendom
In normale gevallen gaat de eigendom van een goed over op de koper nadat er is geleverd door de leverancier. Dus ook in het geval als de leverancier nog niet is betaald. Daar de leverancier de eigendom is kwijtgeraakt is het niet mogelijk om een recht uit te oefenen op het goed. Met de onderstaande bepalingen staat u er sterker voor als schuldeiser.
- Eigendomsvoorbehoud
Bij een eigendomsvoorbehoud wordt het goed geleverd, maar gaat de eigendom nog niet over op de koper. Dat gebeurt pas als aan een overeengekomen aanvullende voorwaarde is voldaan. Een aanvullende voorwaarde kan zijn dat de betaling van de overeengekomen prijs moet zijn verricht. Als de koper niet aan de aanvullende voorwaarden voldoet, dus de prijs niet betaalt, dan is de eigendom niet overgegaan op de koper en kan de verkoper het goed terugvorderen.
Niet vergeten dient te worden dat het eigendomsvoorbehoud duidelijk en bewijsbaar afgesproken moet zijn tussen de contractspartijen.
- Het recht van reclame
Vooraf is het belangrijk om te melden dat het recht van reclame niets te maken heeft met ‘commerciële reclames’. Het recht van reclame is een terugvorderingsrecht. Het recht van reclame geeft immers de leverancier de bevoegdheid om onbetaalde goederen terug te vorderen.
Voor het inroepen van het recht van reclame dient u rekening te houden met de volgende twee vervaltermijnen.
- na zes weken vanaf het moment dat de vordering opeisbaar is geworden;
- de goederen tenminste 60 dagen in bezit / beheer zijn van de afnemer/ koper.
Indien deze twee termijnen zijn verstreken kunt u het recht van reclame niet inroepen.
- Het voorkomen van ‘vermenging’
Het is voor een leverancier bijna onmogelijk om zijn goed terug te vorderen indien het goed is gemengd met andere goederen. Stel, u levert een ton graag aan de afnemer onder eigendomsvoorbehoud. De afnemer stort het graan bij het graan dat al in zijn bezit is. Het is in dit geval voor u onmogelijk te bewijzen welk één ton graan precies van u is. Het is dus raadzaam om in de overeenkomst op te nemen dat je goederen totdat de koopprijs ervan is voldaan niet gemengd mogen worden met andere goederen.